Er moet veel geschetst worden voordat het idee vorm krijgt.
Ook tijdens het schilderen wordt de vorm steeds opnieuw aangepast,waardoor het schilderij uit verschillende lagen is opgebouwd.
Indrukken, opgedaan op reis in de buitenwereld, zijn de bron voor het ontstaan van het idee. Het is het artificiele landschap dat mij bezighoudt.
Door kleurgebruik en compositie probeer ik de monumentaliteit van de industrialisering en verstedelijking te benadrukken.
Het zijn geen impressies van de dagelijkse realiteit, maar de weergave van mijn persoonlijke beleving. Door de interpretatie van de objectieve
werkelijkheid schep ik een andere.
Mijn werk kan als maatschappijkritisch beschouwd worden maar ik vermijd het
uitbeelden van drama's en wantoestanden, dat is weer voor anderen.
Hoewel de emoties erbij verschillend zijn is het mij om het even of ik een sereen
polderlandschap schilder of het intimiderend tafereel van een industriegebied.
Het gaat erom, hoe breng ik de verf op, welke kleuren, de compositie is misschien
wel het belangrijkste. Wat is het resultaat, het schilderij is de emotie,
als het af is ben ik klaar, de beschouwer moet het overnemen,




T.